Onze Kledij
In de jaren 80 was onze groepskledij aan vervanging toe. De beheerraad besliste toen om de ganse groep in een nieuwe verantwoorde kledij te steken.
Voor het zover was, ging er heel wat voorbereidend werk aan vooraf. Eerst werden alle beschikbare naslagwerken over dit onderwerp gelezen. Tweemaal gingen wij op bezoek in het Textielmuseum Vrieselhof te Oelegem. De tweede maal nam conservator Frieda Sorber ons mee achter de schermen en mochten wij in de kasten en schuiven van het museum kijken. Er werd genoteerd, getekend en gefotografeerd.
Iets later hadden wij een afspraak in het streekmuseum van Essen, boven op de zolder van het gemeentehuis. Daar hetzelfde scenario: passen, meten, noteren en fotograferen. Van dit museum kregen wij een “trekmuts” mee als model.
Met al deze informatie en rekening houdend met de ouderdom van onze dansen, werd er geopteerd voor een kostuum uit de Kempen uit de 2de helft van de 19de eeuw.
Eens deze beslissing genomen, begon de zoektocht naar geschikte stoffen. Al de kostuums zijn in ons eigen atelier gemaakt. In 1990, bij ons 25-jarig bestaan, werd onze nieuwe kledij voorgesteld aan pers en publiek.
De meisjes dragen een rok, een jak en een witte schort. Het geheel wordt afgewerkt met een knielange onderbroek, een onderrok, zwarte kousen en zwarte schoenen. Een witte trekmuts en een kapmantel vervolledigen het beeld. Onder de kapmantel kan nog een sjaal of neusdoek gedragen worden. Wat vooral opvalt, is de feestelijke witte kanten trekmuts. Deze was typisch voor Noord-Brabant , de Kempen en de Antwerpse Polders. De muts bestaat uit 2 delen: de eigenlijke muts in geborduurde tule (de bol of kruin), die zeer ruim hoofd en haar bedekt en onderaan door een lint is toe gestropt; en een fraaie randreep, die het voorhoofd omgeeft en op de slapen verwijdt in afhangende vleugels. Beide vleugels zijn verbonden door een smal effen lint in tule, het “bruggeske”. Er waren trekmutsen met lange en kleine vleugels. Hoe rijker de boerin, hoe langer de vleugels. Elk meisje dat 12 jaar wordt, krijgt een kap of vleugelmuts.
De heren, voordien in grijze pantalon met wit streepje, wit hemd en groen gilet, mochten de naaiploeg passeren in 2006. Na enig snuffelwerk in boeken en musea werd geopteerd voor een totaal nieuwe look met zachtere tinten en natuurlijke stoffen. Er werd afscheid genomen van de grijs gestreepte pantalons en de groene giletjes. De broeken zijn uitgevoerd met dubbele knoopsluiting in een donkere neutrale kleur. De hemden zijn wit, met opstaande kraag en prachtig doorstikte manchetten. Broek en hemd worden afgewerkt met ouderwetse bretellen. De groene gilets werden vervangen door gilets in diverse modellen, uitgevoerd in een wollen stof in lichte schaduwtinten.
Tussentijds wordt het naaiatelier aan het werk gezet om bijkomende attributen in elkaar te steken. Voor het optreden op Dans.juweel werden bloesjes in diverse kleuren genaaid. De heren kregen een kiel en een bijhorende gebreide muts. De kledij van de meisjes werd nog uitgebreid met een gekleurde onderrok en onder de kanten kap wordt een zwart ondermutsje gedragen. Ook aan haartooi en juwelen wordt de nodige aandacht geschonken.
Op onze WIVO 2007 heeft u ook de nieuwe kledij van onze kindergroep kunnen bewonderen. Gedaan met afgezakte schortjes, kapjes die scheef staan en hemdjes uit de broeken. In gezamenlijk overleg met de kinderleiding werd er gekozen voor iets eenvoudig en kleurrijk. Meisjes dragen een jurkje met grote schort en de jongens een kuitbroek met bretellen en een gekleurd hemdje. Iedereen draagt lage zwarte schoenen; meisjes doen witte sokjes aan en jongens dragen zwarte kousen.
In 2008 werd onze jeugd in een nieuw kleedje gestoken. Jongens vanaf 12 jaar dragen een lange broek met bretellen, een gekleurd boerenhemd, zwarte kousen (wol of katoen) en lage zwarte schoenen met veters. Meisjes dragen een lange gekleurde rok met streepjemotief, een wit bloesje en een gekleurd jakje. Daarboven dragen zij een grijze schort en een beige muts met witte noppen. Onder de rok dragen zij een witte onderrok en een lange onderbroek. De meisjes dragen zwarte kniekousen en zwarte dansschoenen. Een zwarte kapmantel maakt het plaatje compleet. Hieronder kunnen zij nog een witte of zwarte puntsjaal dragen.